Hij was een baken in de woestijn te waarschuwen en te begeleiden, maar onzichtbaar voor zielen afgestompt met trots en talent en vermogen, verborgen in de mist van rijkdom en wijsheid. Rask viel op zijn knieën en raakte de koude, warme aarde met zijn gezicht, het ruiken van de droogte en de dood van de generaties die erin was vergaan. Bloed wreed gemorst door de eeuwen heen door plunderende indringers werd gemengd in de tijd met het zweet van wreed arbeiders die de sporen gelegd voor de treinen, en het geweld en de herinnering aan het lijden probeerde te slepen Rask weg van het licht.
Hij worstelde een onzichtbare aanwezigheid die gehouden op hem. Hij voelde zich doorboord door de zwaarden van de onderdrukkers en gebaad, bijna verdronken in de tranen van de armen. Hij worstelde; Hij overwon. Hij richtte zich op zijn voeten, doorgebracht en verzwakt, pijnlijke en gewonden. Langzaam richtte hij zich, waardoor in zijn handen bloeden handenvol losse, droge aarde, dat hij over zijn hoofd uitgegoten. Hij liet de piekerige korrels en de tijd glad stenen afgebouwd zijn lichaam als water.
De slachtoffers van de eeuwen gevangen in de woestijn aarde riep via hem als ze gleed naar beneden over zijn huid. Zij beroerden de nachtelijke hemel in een laatste gekwelde piepen, bedelen voor erkenning en rechtvaardigheid voordat tuimelen naar beneden op de scherpe rotsen, stiller nu hun wonden waren badend in het licht en liefde gericht op Rask lichaam. Grace kwam overstromingen van voorbij de sterren, reizen ongezien en dingen te veranderen, waardoor de warmte op bevroren geesten.
Uitgeput en bracht, Rask leg terug op de aarde en laten vallen zijn ogen dicht, het opvangen van de laatste warme stralen van de passeren aanwezigheid die begon te vervagen. Slaap begon te zwaar op zijn gekwelde, tevreden lichaam, maar het schrille explosie van het fluitsignaal van de trein riep in de kille avondlucht. Rask krabbelde overeind en pakte zijn kleren die liggen verspreid waren rond in het stof, het bundelen van hen in de deken, en