Als we praten over de infinitief, we verwijzen naar het deel van het werkwoord, dat is het equivalent van het Engels 'te doen ...', bijvoorbeeld de Franse infinitief avoir betekent 'to have' , parler betekent 'spreken' en ga zo maar door. Wilt u een werkwoord opzoeken in het woordenboek, de infinitief is het formulier dat u moet letten.
De meest voorkomende gebruik van de infinitief is als de tweede werkwoord, komt direct na een persoonsvorm (een werkwoord dat een onderwerp heeft). Hier zijn een paar voorbeelden:
Je veux aller en ville.
- Ik wil naar de stad
Tu als fait marcher la machine.? - Heeft u de machine te laten werken
Il faudra slappeling demain?. - Het zal nodig zijn om morgen te vertrekken
Nous allons Louer un appartement qui donne sur la mer.. - We gaan een vlak, dat uitkijkt over de zee te huren
Est-ce que vous pourriez acheter des fruits.? - Kunt u wat fruit kopen? (Opmerking er is geen 'tot' na kon in het Engels vertalen.)
Elles voulaient sortir avec nous.
- Ze wilden uit te gaan met ons
In de bovenstaande voorbeelden, de infinitief volgt de eerste werkwoord rechtstreeks, maar in veel gevallen de persoonsvorm moet worden gevolgd door de voorzetsels een (met een accent grave) of de. voordat de infinitief
Voorbeelden waarbij voorzetsel à nodig is.
Je les aide à faire les devoirs. - Ik help hen om hun huiswerk te doen
Tu t'attends à recevoir beaucoup de cadeaux.? - Ben je verwacht om veel cadeautjes ontvangen
Il m'invite à jouer au tennis?. - Hij nodigde me uit om te tennissen
Nous nous sommes mis à rire..
- We begonnen te lachen
Vous vous êtes beslissen à sortir.? - Hebt u besloten te gaan
Elles reussissent à suivre un regime?. - Ze zijn in slaagt om (in slagen) volgen van een dieet.
Voorbeelden waarbij de voorzetsel nodig is:
J'ai besoin de prendre un jour de congé. - Ik moet een dag vrij te nemen
Tu als envie d'aller chez eux.? - Wilt u gaan naar hun huis
Elle een Cesse de Leur rendre visite?. - Ze is gestopt met ze te bezoeken
Nous avons beslissen de partir en Espagne.. - We hebben besloten om te gaan naar Spanje
Vous avez dit de nous nous arrêter..
- Je vertelde ons te stoppen
Ils leur ont demande de slappeling.. - Ze vroeg hen te vertrekken
Dit zijn slechts een paar voorbeelden als de volledige lijst is te lang om hier te worden opgenomen, maar een woordenboek zal uiteraard geven deze informatie
Negatieve infinitief <.. br>
In het gev